E-fiche 1 – De voorwaarden voor implementatie van een verplichte uitvoeringsmaatregel

  • strict warning: Non-static method view::load() should not be called statically in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/views.module on line 879.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter::options_validate() should be compatible with views_handler::options_validate($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter::options_submit() should be compatible with views_handler::options_submit($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_style_default::options() should be compatible with views_object::options() in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_style_default.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_row::options_validate() should be compatible with views_plugin::options_validate(&$form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_row.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_row::options_submit() should be compatible with views_plugin::options_submit(&$form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_row.inc on line 0.
  • strict warning: Non-static method view::load() should not be called statically in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/views.module on line 879.
  • strict warning: Declaration of views_handler_argument::init() should be compatible with views_handler::init(&$view, $options) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_argument.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter_boolean_operator::value_validate() should be compatible with views_handler_filter::value_validate($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter_boolean_operator.inc on line 0.

Onder welke voorwaarden kunnen uitvoeringsmaatregelen worden genomen tegen een schuldenaar?

Voordat maatregelen kunnen worden genomen om een schuldenaar of een partij die in een vonnis is veroordeeld te dwingen tot uitvoering van zijn verplichtingen op grond van een overeenkomst of vonnis, moet aan bepaalde voorwaarden worden voldaan.

Voor gedwongen tenuitvoerlegging is een executoriale (uitvoerbare) titel nodig die blijk geeft van een vordering die vaststaand en opeisbaar is en die bekleed is met een formule van tenuitvoerlegging(1). Als het om een vonnis gaat, moet ook worden verzekerd dat de uitspraak niet meer vatbaar is voor beroep, tenzij het uitvoerbaar bij voorraad is, en dat de schuldenaar in kennis is gesteld van het vonnis (2). Tenslotte moet de tenuitvoerlegging plaatsvinden binnen een bepaalde termijn (3).

1. DE SCHULDEISER MOET BESCHIKKEN OVER EEN UITVOERBARE TITEL DIE BLIJK GEEFT VAN EEN VASTSTAANDE, OPEISBARE EN UITVOERBAAR VERKLAARDE VORDERING

Voor gedwongen tenuitvoerlegging moet de schuldeiser beschikken over een uitvoerbare titel die blijk geeft van een vaststaande en opeisbare vordering die bekleed is met een formule van tenuitvoerlegging.

Volgens artikel 2 van de Franse wet van 9 juli 1991 (loi 91-650, herziene wet inzake de tenuitvoerlegging in burgerlijke zaken) “kan de schuldeiser die een uitvoerbare titel bezit die blijk geeft van een vaststaande en opeisbare schuld beslag leggen op de goederen van de schuldenaar conform de voorwaarden van de specifieke uitvoeringsmaatregel”.

Deze titel moet de schuldeiser en de schuldenaar duidelijk identificeren en moet de te leveren prestatie vaststellen.

WAT IS EEN UITVOERBARE TITEL?

De volgende documenten zijn uitvoerbare titels:

  • beslissingen van een gerechtelijke of bestuursrechtelijke instantie;
  • handelsovereenkomsten die aan de voorzitter van een Tribunal de Grande Instance (regionale rechtbank) zijn voorgelegd, zodra zij in kracht van gewijsde zijn gegaan;
  • uittreksels van processen-verbaal van minnelijke schikkingen, ondertekend door de rechter en de partijen;
  • uitvoerbaar verklaarde notariële akten;
  • titels afgegeven door een gerechtsdeurwaarder bij een ongedekte cheque;
  • titels afgegeven door publiekrechtelijke rechtspersonen die als bij wet zijn aangewezen als uitvoerbare titels, of beslissingen waaraan de wet de rechtsgevolgen van een vonnis toekent.

Artikel 3 van de Franse wet van 9 juli 1991 bepaalt het volgende:

Uitsluitend de volgende documenten zijn uitvoerbare titels:

  • 1° De beslissingen van gerechtelijke of bestuursrechtelijke instanties, evenals handelsovereenkomsten die aan de president van een Tribunal de Grande Instance (regionale rechtbank) zijn voorgelegd, zodra zij uitvoerbaar zijn;
  • 2° Buitenlandse akten en buitenlandse vonnissen, evenals arbitrale vonnissen die uitvoerbaar zijn verklaard door een beslissing die niet vatbaar is voor een beroep waarbij de tenuitvoerlegging kan worden opgeschort;
  • 3° Uittreksels van processen-verbaal van minnelijke schikkingen, ondertekend door de rechter en de partijen;
  • 4° Uitvoerbaar verklaarde notariële akten;
  • 5° Titels afgegeven door een gerechtsdeurwaarder bij een ongedekte cheque;
  • 6° Titels afgegeven door publiekrechtelijke rechtspersonen die als bij wet zijn aangewezen als executoriale titels, of beslissingen waaraan de wet de rechtsgevolgen van een vonnis toekent.”

WAT IS EEN VASTSTAANDE EN OPEISBARE VORDERING?

Een vordering is vaststaand als de schuld in geld kan worden gewaardeerd of als de uitvoerbare titel alle elementen bevat die nodig zijn voor de waardering daarvan. Een vordering is opeisbaar als deze niet onderworpen is aan een bepaling of voorwaarde die de uitvoering ervan opschort.

WAT IS EEN VERKLARING VAN UITVOERBAARHEID?

In Frankrijk wordt de volgende tekst gebruikt voor de verklaring van uitvoerbaarheid van een uitvoerbare titel: « En conséquence, la République Française mande et ordonne à tous Huissiers de Justice sur ce requis de mettre la dite décision à exécution, aux Procureurs Généraux et aux Procureurs de la République près les Tribunaux de Grande Instance d’y tenir la main à tous Commandants et Officiers de la Force Publique de prêter main-forte lorsqu’ils en seront légalement requis. En foi de quoi, la présente décision (ou le présent arrêt ou le présent acte…) a été signée par …. ». Deze formulering moet worden aangebracht op de uitvoerbare titel die zal worden ten uitvoer gelegd.

2. BIJKOMENDE VOORWAARDEN ALS DE UITVOERBARE TITEL EEN VONNIS IS

Als de uitvoerbare titel een vonnis is, moet aan nog twee andere voorwaarden worden voldaan, voordat kan worden overgegaan tot tenuitvoerlegging:

  • het vonnis mag niet voor enig rechtsmiddel vatbaar zijn, tenzij de uitvoerbaarheid bij voorraad werd toegekend;
  • het vonnis moet aan de schuldenaar zijn betekend.

EEN NIET VOOR ENIG RECHTSMIDDEL VATBAAR VONNIS, OF UITVOERBAARHEID BIJ VOORRAAD

Het is mogelijk dat een verzoek om herziening of vernietiging van een vonnis wordt ingesteld bij een hogere rechterlijke instantie, of dat er verzet tegen het vonnis kan worden ingesteld voor dezelfde rechter waarbij om intrekking van de uitspraak wordt verzocht als het vonnis bij verstek is gewezen (d.w.z. in afwezigheid van een van de procespartijen). Het beroep of verzet moet door de verweerder worden ingesteld binnen een bepaalde termijn. De beroeps- of verzetstermijn wordt bepaald door de griffie van de rechtbank die het vonnis heeft gewezen, of door de gerechtsdeurwaarder bij de betekening van het vonnis (zie ook hieronder). De tenuitvoerlegging van het vonnis wordt opgeschort totdat deze termijn is verstreken.

Artikel 500 van de CPC (het Franse wetboek van burgerlijke rechtsvordering) bepaalt het volgende: “Het vonnis gaat in kracht van gewijsde wanneer er geen rechtsmiddel meer tegen kan worden ingesteld dat de tenuitvoerlegging opschort.

In bepaalde omstandigheden kan de wet of de rechter de partij die het vonnis heeft verkregen toestaan om de tenuitvoerlegging te starten voordat de termijn voor de instelling van het rechtsmiddel (hoger beroep) verstreken is of voordat uitspraak is gedaan over het ingestelde rechtsmiddel. In dit geval spreken we van een uitvoerbaarheid bij voorraad. Het is dus mogelijk om de titel ten uitvoer te leggen voordat de beroepstermijn is verstreken.

Artikel 501 van de CPC (het Franse wetboek van burgerlijke rechtsvordering) bevat de volgende bepalingen: “Het vonnis wordt ten uitvoer gelegd onder de volgende voorwaarden, vanaf het moment waarop het in kracht van gewijsde is gegaan, behalve indien de schuldenaar gerechtigd is tot een uitstel, of indien de schuldeiser gerechtigd is tot voorlopige tenuitvoerlegging.”

In principe hebben zogeheten ‘buitengewone rechtsmiddelen’ (zoals voorziening in cassatie) geen opschortende werking. Dit betekent dat de tenuitvoerlegging van een vonnis in deze gevallen niet wordt opgeschort, behalve in specifieke zaken die betrekking hebben op nationaliteit (art. 1045 CPC), echtscheiding (art.1086 en 1087 CPC), adoptie (art. 1178-1 CPC) of afstamming (art. 1150 CPC).

HET VONNIS MOET WORDEN BETEKEND

Voordat het vonnis kan worden ten uitvoer gelegd, moet het eerst aan de schuldenaar worden betekend. De schuldenaar moet in de gelegenheid worden gesteld om kennis te nemen van het vonnis, zodat hij de exacte omvang van zijn verplichtingen begrijpt.

Volgens artikel 503 lid 1 van de CPC “[kunnen] vonnissen niet ten uitvoer worden gelegd tegen de daaraan onderworpen partijen dan wanneer zij betekend zijn, tenzij de tenuitvoerlegging vrijwillig geschiedt”.

Als de schuldenaar zijn woonplaats in Frankrijk heeft:

De kennisgeving van de beslissing van een Franse rechterlijke instantie wordt uitgevoerd door de gerechtsdeurwaarder. Deze kennisgeving wordt betekening genoemd.

Art. 675 lid 1 van de CPC schrijft voor “dat de kennisgeving van rechterlijke beslissingen plaatsvindt door middel van betekening (via een deurwaarder), tenzij wettelijk anders is bepaald”.

Het is daarom nodig om contact op te nemen met een gerechtsdeurwaarder, zodat hij de schuldenaar in kennis kan stellen van de beslissing die ten uitvoer zal worden gelegd.

Als de schuldenaar zijn woonplaats heeft in een andere lidstaat van de Europese Unie:

Het grensoverschrijdende systeem voor kennisgeving is geregeld in Verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2007 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (zie de specifieke fiche over dit onderwerp voor meer informatie).

In Frankrijk zijn de gerechtsdeurwaarders (‘huissiers de justice’) de autoriteiten die bevoegd zijn om verzoeken om betekening van stukken van een andere lidstaat te ontvangen. De rechterlijke beslissing die moet worden betekend aan een schuldenaar die buiten Frankrijk woonachtig is, moet daarom eerst naar de Franse gerechtsdeurwaarder worden gestuurd die het stuk vervolgens doorzendt naar de bevoegde autoriteit in de lidstaat waar de schuldenaar gevestigd is, samen met de vereiste formulieren.

Het bijzondere geval van rechtstreekse tenuitvoerlegging op basis van overlegging van de originele beslissing:

Bepaalde beslissingen kunnen onmiddellijk ten uitvoer worden gelegd. Dit houdt in dat zij gezien hun spoedeisende karakter kunnen worden uitgevoerd op basis van overlegging van de originele minuut van de rechterlijke beslissing. In deze gevallen hoeft een kopie van de beslissing met een formule van ten uitvoerlegging niet vooraf te worden betekend aan de schuldenaar. Dit geldt voor zogeheten beschikkingen op eenzijdig verzoekschrift (beschikkingen die de rechter uitvaardigt op verzoek van een van de partijen in een procedure zonder tegenspraak).

Artikel 503 lid 2 van de CPC luidt als volgt: “In het geval van tenuitvoerlegging onder overlegging van de originele minuut geldt deze overlegging als betekening”.

3. TERMIJN VOOR TENUITVOERLEGGING

Als de uitvoerbare titel afkomstig is van een rechterlijke instantie (bijvoorbeeld een vonnis), dan moet de titel ten uitvoer worden gelegd binnen tien jaar na afgifte. In bepaalde gevallen kan deze termijn worden verlengd.

Artikel 3 lid 1 van wet 91-650 schrijft het volgende voor: “De tenuitvoerlegging van de in lid 1 tot en met 3 van artikel 3 genoemde executoire titels kan uitsluitend plaatsvinden binnen tien jaar, tenzij de voor de instelling van de middelen tot invordering van de daarin vastgelegde schulden een langere termijn geldt”.

Als de executoire titel een notariële akte is, dan is de verjaringstermijn voor tenuitvoerlegging van de titel dezelfde als de verjaringstermijn die geldt voor de schuldvordering die in de titel is vastgelegd. De verjaringstermijn van een schuld is de termijn waarna de schuld niet langer gerechtelijk kan worden ingevorderd.

Als aan de bovengenoemde voorwaarden is voldaan, kan de schuldeiser contact opnemen met de bevoegde gerechtsdeurwaarder (zie fiche 2) om een passende maatregel uit te laten voeren (zie fiches 3 en 4).

Houd er rekening mee dat de tenuitvoerleggingsprocedure in de meeste gevallen begint met het sturen van een betalingsbevel. Het betalingsbevel is een door de gerechtsdeurwaarder opgesteld document waarin de schuldenaar wordt uitgenodigd om vrijwillig aan zijn betalingsverplichting te voldoen. Dit is de eerste akte van de tenuitvoerleggingsprocedure. Dit betalingsbevel is echter niet vereist in het geval van derdenbeslag (zie de fiche over dit onderwerp).

Wat kan ik doen terwijl ik op een executoire titel wacht? Kan ik gebruik maken van bewarende maatregelen?

Met een bewarende maatregel kan de schuldeiser vermogensbestanddelen van de schuldenaar aan diens beschikking onttrekken, nog voordat de schuldeiser een definitieve beslissing van de rechter of een andere uitvoerbare titel in handen heeft. Bewarende maatregelen beschermen het vermogen van de schuldenaar (tegen verduistering) en waarborgen ook de doeltreffendheid van de tenuitvoerleggingsmaatregelen die de schuldeiser kan nemen zodra voldaan is aan de daarvoor noodzakelijke voorwaarden. Om een bewarende maatregel te laten uitvoeren, moet de schuldeiser een gerechtsdeurwaarder inschakelen. Alleen een gerechtsdeurwaarder kan bewarend beslag leggen.

Er moet echter eerst aan bepaalde voorwaarden worden voldaan (1) om de bewarende maatregel te kunnen uitvoeren (2).

1. VOORWAARDEN VOOR DE UITVOERING VAN EEN BEWARENDE MAATREGEL

Het stellen van een bewarende maatregel is in de regel afhankelijk van de machtiging van de rechter die beslist over het verzoek om de maatregel (1). Uitzonderlijk hoeft een schuldeiser die beschikt over bepaalde rechten geen rechterlijke toestemming te vragen voor de uitvoering van bewarende maatregelen (2).

Als de rechter toestemming heeft verleend voor de maatregel, dan moet de toegestane maatregel binnen een bepaalde termijn worden uitgevoerd (3). Bovendien moet de schuldeiser alle middelen aanwenden die hij tot zijn beschikking heeft om een uitvoerbare titel te verkrijgen.

DE REGEL: RECHTERLIJKE MACHTIGING

Volgens de bepalingen van artikel 67 van de wet van 9 juli 1991 kan elke persoon met een vorderingsrecht die in principe gegrond lijkt, toestemming aanvragen bij de rechter voor de uitvoering van een bewarende maatregel ten aanzien van de goederen van de schuldenaar zonder voorafgaand bevel, als deze persoon kan aantonen dat bepaalde omstandigheden de invordering van de schuld in gevaar brengen.

Rechterlijke machtiging voor een bewarende maatregel kan worden verkregen door indiening van een eenzijdig verzoekschrift (een verzoekschrift van een van de partijen in een procedure zonder tegenspraak). Dit geeft de schuldeiser de mogelijkheid om te profiteren van het “verrassingseffect” dat noodzakelijk is om de bewarende maatregel doeltreffend te maken. Dit verzoekschrift moet worden ingediend bij de rechter die bevoegd is voor tenuitvoerlegging in de woonplaats van de schuldenaar (zie ook fiche 2 voor informatie over de bevoegdheid van de rechter).

De verlening van machtiging is afhankelijk van twee voorwaarden: Het vorderingsrecht van de schuldeiser moet in principe gegrond lijken (d.w.z. de zekerheid of opeisbaarheid van de schuld hoeft niet te worden aangetoond) en de schuldeiser moet bewijzen dat bepaalde omstandigheden de invordering van de schuld in gevaar brengen (d.w.z. hij moet aantonen dat er gegronde twijfels bestaan omtrent het vermogen van de schuldenaar om de schuld te vereffenen).

De rechter moet in zijn beslissing het bedrag vaststellen van de waarborg waarvoor de bewarende maatregel wordt toegestaan en hij moet de aard van de betrokken goederen vermelden.

DE UITZONDERING: VRIJSTELLING VAN RECHTERLIJKE TOESTEMMING

Volgens artikel 68 van de wet van 9 juli 1991 is geen voorafgaande toestemming van de rechter nodig als de schuldeiser al in het bezit is van een van de volgende titels:

  • een uitvoerbare titel (de schuldeiser kan theoretisch gezien overgaan tot gedwongen tenuitvoerlegging, maar in de meeste gevallen moet eerst een betalingsbevel worden verzonden. Om gebruik te maken van het ‘verrassingseffect’ kan de schuldeiser een bewarende maatregel laten uitvoeren zonder voorafgaande kennisgeving aan de schuldenaar;
  • een nog niet uitvoerbare rechterlijke beslissing;
  • een geaccepteerde wisselbrief;
  • een orderbriefje;
  • een cheque;
  • een schriftelijke huurovereenkomst.

TERMIJN VOOR UITVOERING VAN DE BEWARENDE MAATREGEL

De schuldeiser moet de gerechtsdeurwaarder voorzien van het document op grond waarvan de bewarende maatregel kan worden uitgevoerd: een rechterlijke beslissing waarin de maatregel wordt gemachtigd, of één van de titels die worden genoemd in artikel 68 van de wet van 9 juli 1991.

In dit laatste geval geldt geen uitvoeringstermijn voor de bewarende maatregel. Als de bewarende maatregel echter berust op een rechterlijke toestemming, dan moet de maatregel worden uitgevoerd binnen drie maanden vanaf de datum waarop de toestemming werd verleend.

TERMIJN VOOR VERKRIJGING VAN EEN UITVOERBARE TITEL

Artikel 70 van de wet van 9 juli 1991 en artikel 215 van het wetgevende besluit van 31 juli 1992 verplichten de schuldeiser die geen uitvoerbare titel heeft, een procedure te volgen, te doorlopen, in te stellen of de formaliteiten te vervullen die nodig zijn om een uitvoerbare titel te verkrijgen binnen één maand na de uitvoering van de bewarende maatrege, om deze te kunnen uitvoeren.

2. SOORTEN BEWARENDE MAATREGELEN

Er zijn twee soorten bewarende maatregelen, afhankelijk van de goederen die men wil beschermen: conservatoir (bewarend) beslag (1) en zakelijke zekerheden (2). De gevolgen van deze twee categorieën maatregelen verschillen sterk van elkaar.

CONSERVATOIR BESLAG

Gevolgen van conservatoir (bewarend) beslag:

De schuldenaar kan niet beschikken over goederen waarop bewarend beslag werd gelegd (d.w.z. de schuldenaar kan deze goederen niet verkopen of overdragen).

Goederen waarop bewarend beslag kan worden gelegd:

Roerende lichamelijke goederen

Op roerende lichamelijke goederen kan beslag worden gelegd bij de schuldenaar of onder derden. De schuldeiser die een uitvoerbare titel verkrijgt of al in zijn bezit heeft waarin de schuld is vastgesteld kan vervolgens dit bewarende beslag omzetten in een uitvoerend beslag en zijn vordering voldoen uit de opbrengst van de verkoop van de goederen.

Vorderingsrechten

De schuldeiser kan ook bewarend beslag laten leggen op vorderingsrechten die de schuldenaar op derden heeft. De gerechtsdeurwaarder zal overgaan tot betekening aan de derde-beslagene en en informeert de schuldenaar hierover binnen acht dagen. Ook in dit geval geldt dat de schuldeiser die een uitvoerbare titel verkrijgt of al in zijn bezit heeft het bewarende beslag kan omzetten in uitvoerend beslag.

ZAKELIJKE ZEKERHEIDSSTELLING

Gevolgen van de gerechtelijke zekerheidsstelling (‘sûreté judiciaire’):

Goederen waarop krachtens een rechterlijke beslissing een zekerheidsrecht is gevestigd blijven vervreemdbaar en overdraagbaar. Ze kunnen dus worden verkocht. Zekerheidsstelling heeft specifiek tot doel om bepaalde rechten van de schuldeiser te waarborgen. De zekerheidsstelling bezorgt de schuldeiser een voordelige positie dankzij een tweeledige inschrijving. De inschrijving wordt met terugwerkende kracht definitief vanaf de eerst voorlopig ingeschreven ingangsdatum, zodra de rechten van de schuldeiser zijn vastgesteld.

De schuldeiser profiteert van twee soorten rechten:

Een voorrangsrecht (‘droit de préférence’)

De schuldeiser kan overgaan tot de gedwongen verkoop van het goed. Als de schuldeiser de gedwongen verkoop niet zelf heeft afgedwongen, dan heeft de schuldeiser met dit type zekerheidsrecht rechtop een deel van de opbrengst van de verkoop, overeenkomstig zijn plaats in de rangorde van schuldeisers.

Een volgrecht (‘droit de suite’)

De schuldeiser kan zijn recht op het goed uitoefenen ongeacht in wiens handen het zich bevindt (dus ook wanneer de schuldenaar het goed bijvoorbeeld verkocht heeft aan een derde).

Goederen waarop een zekerheidsrecht kan worden gevestigd:

Op onroerende goederen van de schuldenaar kan een voorlopig hypotheekrecht worden gevestigd door indiening van de toepasselijke stukken bij het hypotheekkantoor r.

Op een handelszaak kan een voorlopig zekerheidsrecht worden gevestigd door indiening van de toepasselijke stukken bij de griffie van de handelsrechtbank.

Op aandelen in een vennootschap kan een voorlopig zekerheidsrecht worden gevestigd door betekening van een document aan de vennootschap die de aandelen heeft uitgegeven.

Ook op effecten kan een voorlopig zekerheidsrecht worden gevestigd door betekening van een akte aan de rechtspersoon die de effecten heeft uitgegeven of aan de fondsbeheerder, al naargelang de omstandigheden van het geval.

In elk geval moet de rechterlijke beslissing worden betekend aan de schuldenaar binnen acht dagen na afgifte. De betekening vindt plaats door middel van een exploot van de gerechtsdeurwaarder.

De voorlopige bekendmaking moet worden bekrachtigd door definitieve bekendmaking.

De gerechtsdeurwaarder draagt hier zorg voor in overeenstemming met de wettelijke vormvereisten. De bekendmaking van de rechterlijke beslissing verleent definitieve geldingskracht aan de zekerheidsstelling vanaf de datum van de voorlopige bekendmaking, ten aanzien van de bedragen die door de voorlopige zekerheidstelling werden beschermd.